Bouwstenen voor de memorie van toelichting

Tabel Bouwstenen Memorie van toelichting
Bouwstenen Toelichting
A. Algemeen deel van de memorie van toelichting  
1. Inleiding In de inleidende paragraaf duid je kort (maximaal tien regels) aan wat de inhoud en noodzaak van het voorstel is.
2. Implementatiewetgeving Korte beschrijving van de te implementeren internationale regeling, EU-richtlijn, verordening of andere bindende EU-rechtshandeling indien van toepassing.
3. Hoofdlijnen van het voorstel In deze paragraaf ga je o.a. in op de aanleiding, de probleembeschrijving en de beleidstheorie: de doelstellingen en noodzaak van de regeling (Ar 4.43, onder b). Deze paragraaf bevat een beschrijving van het geheel aan veronderstellingen en onderzoeks- resultaten waarop de conclusie kan worden gebaseerd dat de voorgestelde regeling het betrokken probleem oplost (beleidstheorie). Ook geef je een motivering van de instrumentkeuze. Het gaat erom dat de achterliggende overwegingen, waaronder de overwogen varianten en de criteria die daarbij een rol hebben gespeeld, worden verhelderd (Ar 4.43, onder b, Beleidskompas 3 - Wat zijn de opties om het doel te realiseren?, Beleidskompasvraag 4 - Wat zijn de gevolgen van de opties?, Beleidskompasvraag 5 –Wat is de voorkeursoptie?, de terugkerende Beleidskompas vraag – Wie is belanghebbend? en artikel 3.1 van de Comptabiliteitswet 2016).
4. Verhouding tot hoger recht In deze paragraaf geef je aan hoe het voorstel past binnen de kaders van het hogere recht (Ar 4.43, onder g).
5. Verhouding tot nationale wetgeving In deze paragraaf duid je aan hoe het voorstel past binnen het geldende rechtssysteem en binnen eventuele in voorbereiding zijnde regelingen (Ar 4.43, onder g).
6. Gevolgen (m.u.v. financiële gevolgen) In deze paragraaf duid je de belangrijkste (niet-financiële) gevolgen aan, zoals de gewenste effecten en de te verwachten neveneffecten van de regeling (zie Beleidskompasvraag 4 - Wat zijn de gevolgen van de opties? en Beleidskompasvraag 5 –Wat is de voorkeursoptie?).
7. Uitvoering In deze paragraaf duid je aan welke uitvoeringsaspecten van de regeling er zijn (Ar 4.43, onder c) (zie ook Beleidskompasvraag 4 - Wat zijn de gevolgen van de opties?).
8. Toezicht en handhaving In deze paragraaf duid je aan op welke wijze het toezicht op de naleving en de handhaving is ingericht (Ar 5.35 e.v.).
9. Financiële gevolgen In deze paragraaf duid je de financiële gevolgen en lasten van de regeling aan. Ook indien er geen financiële gevolgen zijn, moet dit duidelijk in de toelichting worden vermeld (Ar 4.45). Zie Beleidskompasvraag 4 - Wat zijn de gevolgen van de opties? en Beleidskompasvraag 5 –Wat is de voorkeursoptie?.
10. Evaluatie In deze paragraaf ga je – als je een evaluatiebepaling invoegt –, in op de voorgenomen wetsevaluatie (Beleidskompasvraag 5 –Wat is de voorkeursoptie?)
11. Advies en consultatie In deze paragraaf ga je in op de uitgebrachte adviezen over het wetsvoorstel en de onderwerpen die bij de consultatie aan de orde zijn gekomen. Zie ook de Beleidskompas vraag – Wie is belanghebbend?.
12. Overgangsrecht en inwerkingtreding In deze paragraaf wordt ingegaan op het beoogde moment of momenten van inwerkingtreding, het overgangsrecht of de redenen om af te zien van overgangsrecht en overige zaken zoals voorlichting en communicatie over de invoering.
B. Artikelsgewijze toelichting

 

C. Bijlagen bij de toelichting - Transponeringstabellen bij bindende EU-rechtshandelingen (Ar 9.12)
- Andere bijlagen

Laatst gewijzigd op: 29-3-2023