Nr. 154 (Aanhangigmaking bij en voorbereiding plenaire behandeling door de Tweede Kamer)

Op basis van artikel 9.21, eerste en derde lid, van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer worden voorstellen van rijkswet, door leden aanhangig te maken en voorstellen, door de Gevolmachtigde Minister van Aruba, Curaçao of Sint Maarten te doen, bij de Voorzitter van de Tweede Kamer ingezonden. Het tweede lid van dit artikel bepaalt dat de hier bedoelde voorstellen van rijkswet door de Voorzitter dadelijk na ontvangst aan het vertegenwoordigende lichaam van de betrokken overzeese rijksdelen worden gezonden. Bij initiatiefvoorstellen ligt het niet in de rede te overwegen door de koninkrijksregering een termijn te laten stellen aan de Staten van Aruba, Curaçao of Sint Maarten waarbinnen hun verslag dient te zijn ontvangen (zie nr. 118).

De Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk brengt advies uit over initiatiefvoorstellen van rijkswet. Indien het initiatiefvoorstel aan de rijksministerraad wordt voorgelegd, geldt de procedure vermeld in nr. 115, te weten het tijdig inschakelen van de (kabinetten van de) Gevolmachtigde Ministers op de voet van de andere ministeries. Ook dient gelijktijdig het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Directie CZW, te worden ingelicht.

Laatst gewijzigd op: 16-2-2022